Columns
3. De Grote Poppulist
Al een week had ik een column klaarliggen over het belang van kunsteducatie. Ik was van plan je te overrompelen met een schitterende visie. Maar ik vraag me telkens af: waarom zou ik je ermee lastigvallen? Ineens lijkt de urgentie weg.
Mijn twijfel over de zin van zo’n stukje ontstond na die scène met drie spelers in een kamer op het wereldtoneel, waarvan twee van hen de ander zo onbegrensd arrogant trachtten te vernederen.
Helaas was het geen toneelstuk, het was realiteit. Het ging over oorlog, over leven en dood.
Niet dat ik de neiging heb om daarover te schrijven. Ik heb inmiddels veel opiniestukken gelezen, waarin duiders haarscherp de valse, narcistische streken analyseren van de man wiens naam ik niet meer kan uitspreken zonder letterlijke walging te voelen. Ik heb niet de behoefte, noch de kundigheid, om er een schep bovenop te doen.
Maar ik kan toch ook niet over koetjes en kalfjes beginnen, laat staan over kunsteducatie, als zich ondertussen een monsterlijk verhaal ontvouwt? Moet ik er toch niet iets tegenover stellen? We kunnen dit toch allemaal niet laten gebeuren?
Ik noem mezelf een verhalenverteller, dus dat zou ik moeten doen: een mooi stuk schrijven, een metaforisch epistel, dat inzicht geeft, en hoop. Of waar je om moet lachen.
Ik heb het geprobeerd. Tevergeefs, ik ben murw en humorloos. Ik kan alleen maar denken: wat een schoft, wat een onrecht, wat een ellende.
Maar wacht: ik kan natuurlijk wel wat dingen noemen die door anderen zijn voortgebracht. Die míj inzicht gaven, mij lieten lachen. En hoop gaven…
Allereerst noem ik de geniale voorstelling van het Utrechtse theatercollectief Het Filiaal. De voorstelling is 8+, dus met mijn 60 mag ik naar binnen. En zoals het een goede kindervoorstelling betaamt, genieten de kinderen van de bovenlaag, terwijl de volwassenen gegrepen worden door de onderlaag.
Poppulisme heet de voorstelling, en de titel vertelt precies wat het is. Via fantastisch poppenspel wordt het publiek voorgeschoteld wat er op dit moment in de wereld gebeurt. Een pop genaamd Barry, weet de andere poppen zo listig te indoctrineren, dat uiteindelijk het hele poppenvolk meegaat in haat. Als publiek zie je dat de andere poppen erin trappen, je wilt ze waarschuwen: doe het niet! Maar het tij is niet te keren.
Het stuk bevat een mooie dubbele bodem: in een dialoog aan het begin van de voorstelling probeert de pop zich te verzetten tegen de poppenspeler. Maar ja, dat lukt niet, want wie heeft de touwtjes in handen?
Op een bepaald moment zegt een poppenspeelster tegen de pop dat zij het stuk ook niet kan veranderen. “Want ik moet doen wat er in het script staat. Dus de schrijver heeft de touwtjes in handen!”
Ik zal niet vertellen hoe het eindigt, maar verklap wel dat ik geen aanhanger van het Poppulisme ben als ik buiten kom.
Wel van het Filiaal.
En dan heb ik afgelopen vrijdag nog iets onvergetelijks meegemaakt. Op de school waar ik o.a. als cultuur coördinator werk, KC Leeuwesteyn in Utrecht Leidsche Rijn, kregen we een bijzonder cadeau. Een vader van een van onze leerlingen speelt in Orkest Le Figaro en dit orkest trad vrijdag op in ons prachtige, nieuwe gebouw. Honderd ouders en kinderen genoten samen van het bekende verhaal Alleen op de Wereld. Remi werd gespeeld door de acteur Sander Beens en de combinatie van de volle klanken van het orkest met zijn aanstekelijke spel, ontroerde iedereen. Remi maakte ons duidelijk hoe belangrijk het is om te mogen zijn wie je bent, plezier te maken, en elkaar te helpen.
En terwijl ik genoot, kreeg ik ineens het volle inzicht: hier gaat het om! Wij moeten ons niet laten meenemen in de haat van de Grote Populist, maar in onze eigen wereld het tegenovergestelde laten zien: we zijn er voor elkaar. Wie weet komt het dan nog goed.
Verrek: is het ineens toch ook een betoog voor goede kunsteducatie
POPpulisme | Het Filiaal theatermakers
Figaro Orkest Utrecht
2 Humor
Humor is een ingewikkelde zaak.
Toen Charlie Chaplin ooit gevraagd werd of het humor is als iemand uitglijdt over een bananenschil, antwoordde hij: “Nee. Humor is het als iemand een bananenschil ziet, er lachend omheen loopt, trots terugkijkt dat hij niet is uitgegleden om vervolgens in een put te stappen.”
Bij mij werkt humor het best, als er gespeeld wordt met het verwachte en het onverwachte, er op een aantrekkelijke en/of absurde manier iets verteld wordt, waarbij lichtvoetig of lomp de pijngrens wordt opgezocht. (Mijn god, wat een humorloze zin!) Waar die pijngrens zit, is natuurlijk ook een kwestie van cultuur en smaak. Ik zag ooit een Japans tv programma waarin mensen met een verborgen camera gefopt werden. Dat kennen we hier ook, maar in Japan ging dat een stuk verder: een filmpje van een lijk dat op een begrafenis niet dood bleek te zijn en uit zijn kist stapte, en iemand die zogenaamd doodbloedde in een volle lift. Dat zou je niet snel zien bij Bananasplit.
Er mogen dan verschillende vormen van humor zijn, het is naar mijn smaak wel een basisbehoefte. Het kan verbinden, relativeren, de druk van de ketel halen en doen ontspannen. Jammer dat humor niet wordt meegenomen in Heilige Boeken. Want als iemand gevoel voor humor heeft is het de Schepper. Wat een vreemde combinatie van schoonheid en dissonanten heeft Hij gecreëerd! En wat zou het heerlijk en vrede-brengend zijn als in kerken, tempels en andere heilige huizen eens onbedaarlijk gelachen zou worden!
Ik voel dat je je afvraagt waar dit verhaal heengaat. Naar de tekeningen van mijn zus Tineke. Waar ik zelf altijd veel woorden en visueel geweld nodig heb om mijn verhaal te vertellen, slaat zij in één lijn toe. Less is more, zegt haar soepele hand. Nu vind ik haar tekeningen vaak zó mooi en de dieren die ze maakt zó veelzeggend, dat ik honger kreeg naar onzin. En zin om die beesten echt iets te laten zeggen. Als zus en broer en delen we behalve ouders en wat eigenschappen ook de humor. Dus sinds we haar getekende dieren teksten in hun maag splitsen, krijgen we steeds meer plezier. Overigens liggen we niet dubbel, noch kletsen we dijen; het is meer een gegniffel, of een verbaasd soort genieten. De rare tekstjes doen iets met de mooie tekeningen.
De mensen om ons heen zijn het hiermee eens, maar vandaag nemen we een grote stap: we gooien ze de wijde wereld in. In de hoop dat deze vreemde vogels en honden je aanspreken. Letterlijk…
[current-page:page-title] | [site:name]
Samenwerking Tien & Jochem | Beautiful Inks
1. Zestig
Zeg dit woord hardop en denk aan mij. Als je me een tijd niet gezien hebt: denk er wat rimpels bij, iets meer wallen (Dick Schoof achtig), hangende oogleden en een schilpaddennek. Gelukkig heb ik nog wel dat goddelijke lichaam, weliswaar met spataderen en steunkousen.
Ok, ik ga in de overdrijving, mijn manier om iets te verwerken... Het wonderlijke van ouder worden is dat je er zelf niets van merkt, want je kijkt van binnen naar buiten en dan zie je jezelf niet. Pas als ik een winkelruit, een spiegel of een recente foto zie, denk ik: verrek, dat is een man op leeftijd!
Nu is het dus officieel: ik ben de tunnel van ouderdom betreden. Het goede nieuws is dat ik inmiddels ook de voordelen zie van het ouder zijn. Los van de vraag of ik wijzer ben geworden, sta ik mezelf eindelijk toe om ergens voor te staan. In die zin ben ik een laatbloeier. Soms zie ik jongeren, vaak dertigers, met veel zelfvertrouwen hun zegje doen. Of die verhalen hout snijden, daar gaat het nu niet om, maar ik heb respect voor die houding. Ik heb lang gehad dat ik de wereld in keek als een hond of een kleuter: begrijpen doen ze de boel niet, maar dat maakt niet uit, ze willen spelen!
De laatste tijd is er eindelijk een vorm van zelfvertrouwen in mij neergedaald: ik mag iets vinden. En dat ga ik vanaf vandaag doen. Dat is althans mijn voornemen: elke maand een stukje. Onzin, wijsheid, inspiratie. Of een combinatie van die dingen. Dit is dus nummer 1.
Vanwege de wat uitgebreide inleiding, houd ik het vandaag lekker kort en breng je een beetje inspiratie van heel dichtbij. Namelijk naast mij.
Want ik ken je langer dan vandaag en ik weet dat je soms denkt -zeker net na de Kerstvakantie-: “Mijn god, waar doe ik het voor? De wereld gaat naar de gallemiezen, het is overal gedonder en gepolariseer. Ik wil niet meer!”
De Grote Oplossingen voor al die stormen in de wereld breng ik je nu niet. Die komen een andere keer. We gaan juist even de andere kant op, ik bied je de heerlijkste vorm van escapisme. Die van de wijze, ietwat corpulente kat Koekiemonster. (Zie afbeelding op de homepage) Hij focust zich honderd procent op zijn slaap. Kijk goed hoe hij dat doet: hij laat alles los, geeft zich eraan over, totale ontspanning. Hij IS slaap. Want hij heeft het basisvertrouwen: ooit komt het goed! (In zijn geval: eind van de middag krijg ik mijn brokjes).
Dus kies een plekje, ga liggen, krul je lichaam en geef je eraan over. Mocht je op kantoor zijn of een andere werkplek, trek je niets aan van je collega’s of nodig ze uit erbij te komen. Tegen elkaar aan liggen vergoot het gevoel van ontspanning.
En als we dat nou eens allemaal doen, dan maken we een mooie stap naar geluk en wereldvrede. Dank Koekiemonster!
Er is momenteel geen inhoud met deze term geclassificeerd.
